tentoonstelling
1986
Contained Attitudes

Contained Attitudes

11.12.1986–24.01.1987
de Appel, Prinseneiland 7, Amsterdam

‘Op verzoek van Artists Space laat De Appel een presentatie van jonge hedendaagse kunst uit Europa in New York zien van 11 december tot en met 24 januari. De vraag ging zowel naar twee- en driedimensionaal werk als naar video uit. Saskia Bos selecteerde vier kunstenaars: Jan van Oost (B), Meuser (D), Alain Sechas (F) en Ton Zwerver (NL) en vroeg Chris Dercon, freelance tentoonstellingsmaker te Brussel en sinds kort lid van de programmacommissie van De Appel, een selectie van tapes te maken. Achtergrond van de keuze van vooral driedimensionaal werk in de tentoonstelling was een tegenwicht te bieden aan het beeld dat de laatste jaren in de Verenigde Staten is ontstaan, namelijk dat ‘er in Europa hoofdzakelijk geschilderd wordt op een wilde en neo-expressionistische wijze’. Contained Attitudes werd de titel van een kleine tentoonstelling die ingehouden en strak, soms architecturaal georiënteerd werk toont. Van Ton Zwerver is er een klein overzicht van zijn gefotografeerde huiskamersculpturen, en tevens maakt hij een nieuwe sculptuur in New York. Meuser zal de ‘scrap yards’ van Manhattan bezoeken en door laswerk en beschildering zijn gebouwde sculpturen ter plekke laten ontstaan. Jan van Oost maakt een ‘doodskist’ van spiegelglas waarin twee ‘hyafoons’ zijn opgenomen (...) en laat twee abstracte, zwart-witte perspex ‘schilderijen’ zien die naar uitingen van rouw verwijzen. Alain Sechas bereidt een installatie ter plekke voor als context en ruimte voor zijn 2,5 meter hoge polyesterfiguur. Dit naar binnen gekeerde beeld, met een boeddha-achtige kop die even groot is als het lichaam, komt los van de grond en zweeft in een ronde doorzichtige perspex doos, alsof het in zijn eigen sokkel gevangenzit.’ (‘Contained Attitudes. De Appel in New York’, Nieuwsbrief De Appel, 1 (1986) 5.) ‘Chris Dercon koos voor de presentatie van De Appel in Artists Space videowerken van Alain Bourges: (F) Lumière et Circonstances ( 1986); Koen & Frank Theys (B): Lied van mijn land, deel I Het Rijngoud (1986); Gerrit Timmers met Studio’s Onafhankelijk Toneel (NL): Souvenirs van het hart (1986) en Absolute Kunst (1986); en van Graham Young (GB): Accidents in the Home (1983-1986) en Nil by Mouth ( 1983) uit. (...) Dit videoprogramma kan als een aanvulling op de werken in de tentoonstelling beschouwd worden. (...) De verzinsels in de objecten van Alain Sechas en in de ‘tv serie’ van Alain Bourges komen oorspronkelijk van het werkproces zelf: het ‘maken’ van een object, het ‘maken’ van een film. De installaties van Jan van Oost en de megalomane onderneming van Koen Theys die Wagners Ring voor het televisiescherm bewerkt, investeren in de uiteindelijke tentoonstelling van het kunstwerk die slechts een onophoudelijk proces van romantisering is. In de meeste van deze videotapes wordt het idee van de ‘dood van de schrijver’ in twijfel getrokken. In het werk van Koen Theys is de oorspronkelijke tekst van Wagner, terwijl bij Alain Bourges bijvoorbeeld teksten van James Joyce en Arnold Döblin en filmteksten van Jean Luc Godard en Raoul Ruiz voortdurend geciteerd worden. ‘Als er,’ zoals Marcel Broodthaers (in antwoord op Joseph Kosuths Art as Idea as Idea) stelt, ‘slechts ‘kunst als produktie als produktie’ overblijft, resteert ook alleen het produceren ervan in de legitieme vorm die het esthetische vertoog over ‘de dood van de auteur’ structureert.’ Aan de andere kant stellen de videowerken van Graham Young en Studio’s Onafhankelijk Toneel juist anonimiteit op de voorgrond: de plek waar men de auteur zou kunnen zoeken. Deze anonimiteit werpt zijn schaduw ook over de langzame, ‘gewone’ en zelfs triviale handelingen waar Graham Young en Gerrit Timmers zo van houden. Absolute Kunst, een tape over het leven van een onbekende Nederlandse abstracte schilder uit het begin van deze eeuw laat dit heel duidelijk zien. Hierover zegt Gerrit Timmers: ‘De meeste schilders zijn niet beroemd en zullen dat ook nooit worden. Maar allen, zowel de veelbelovende als de middelmatige geloven in hun produktie...’. Het werk van Alain Bourges, Studio’s Onafhankelijk Toneel, Koen Theys en Graham Young is nauwelijks bekend in de videokunst. Toch vertegenwoordigen zij een zeldzame samenhang en intelligentie, die niets op heeft met de traditionele opvattingen van video. Daarom moet deze videotentoonstelling niet als een overzicht van jonge Europese videokunstenaars gezien worden, maar als een verzameling afzonderlijke werken van kunstenaars die óók met video werken. Misschien zullen hun ideeën over video veranderen, maar wat belangrijker is, is dat zij een ‘ingehouden attitude’ ten opzichte van het medium video tonen.’ (‘Contained Attitudes. Video’, Nieuwsbrief De Appel, 1 (1986) 5.)