Herman Lamers "Omega"
08–23.11.1986
de Appel, Prinseneiland 7, Amsterdam
de Appel, Prinseneiland 7, Amsterdam
‘'Initiator Herman Lamers van de Jan Haanzaal in Groningen is naar Rotterdam vertrokken', schreef Max Bruinsma in De Optocht, de krant over kunstenaarsinitiatieven (De Appel 4, 1984). De ruimte waar Lamers (en Bas Lugthart) architectonische sculpturen tentoonstelden was verlaten. Een paar jaar eerder en ook in Groningen had hij 'De Bakkerij' opgezet. Gevonden, leegstaande ruimtes inspireren Herman Lamers tot werk dat gemaakt is op de begrenzingen van wanden, vloeren en plafonds. Maar de beelden hoeven zich niet alleen formeel tot de ruimte te verhouden. In de A-kerk in Groningen maakte Lamers een werk dat hij Altaar (1984) noemde. Tussen stalen vertikale balken is een dwarsbalk onder het midden gemonteerd. Daarop staan loodrecht twee gedraaide vormen van hout, die aan kaarsen doen denken, en die naar boven toe spiralend omwonden zijn met elektriciteitskabel, gasslang en ijzer. Bovenaan bekroont een 'aureool' van prikkeldraad het altaar. In 1985 zette Lamers aan het strand van Vlissingen dwars op de zee enkele grote schermen van glas, luxaflex en spiegel neer. Elk 'screen' omlijnde, segmenteerde of reflecteerde het uitzicht. Voor de laatste Perfo-manifestatie maakte Lamers in een fabriek in Schiedam gigantisch grote beelden. In eerste instantie zijn ze abstract van vorm, maar soms is een oog, oor, mond of hart te onderscheiden. De architectuur van het beeld zélf wordt benadrukt door het contrast van het grote formaat met fragiele materialen zoals zilverpapier, karton en aluminium. Sommige hebben een transparante structuur doordat het uitsluitend uit contouren is opgebouwd. Herman Lamers (1954) werkt in De Appel aan een installatie die van 8 tot en met 22 november is te zien.’ ('Herman Lamers. Installatie', Nieuwsbrief De Appel, 1 (1986) 4.)