A Day for Ulay
de Appel, Schipluidenlaan 12, Amsterdam
Between sunrise and sunset on 30 November 2020, de Appel devotes space and time to remembering ULAY 1
, an artist and much more, who shaped our institution profoundly and who passed away on March 2nd this year.
Beginning with a performance by Georgia Sagri at sunrise (8:26 CET):
Breathing (7-1-7) with embryac position / Windface [sunrise], 2020
Inside of the space of her solo exhibition IASI, Stage of Recovery.
Afterwards we gather memories even if we cannot gather in person. If you have a memory, a story or any materials for de Appelâs Archive we have a zoom link open until sunset (16:31 CET). You can record a story and we will share it on this page. To receive the link and to contribute materials, please email Archivist Nell Donkers at nell [at] deappel.nl.
With gratitude and anticipation,
The Team of de Appel
More about de Appelâs contribution to Ulay Was Here at Stedelijk Museum Amsterdam
More about Georgia Sagriâs IASI, Stage of Recovery at de Appel
submitted by Stephanie Noach
I just visited Ulay's exhibition at the Stedelijk. And I was touched. The playful photographs, the performances with Marina, his small texts, it all go to me. But nothing as deeply as the images of one of his latest projects, about water.
From 2017 till just a little before his demise, we had been writing to each other about this issue, and also about Cuba. Fellow curator Beatriz Gago and myself had invited him to participate in a book-exhibition about the courses of water, Delta, which took off in Havana, and flowed to the shores of countries both near and far.
Ulay sent us a beautiful poem Questioning Water and he told us "It was and still is my biggest wish to visit Cuba... ". He continued "at one stage i'd prepared a long walk across Cuba, perhaps lasting for 6 months or so... with a Cuba'n expert i had prepared all maps and contacts but unfortunately id never happened.." And then he wrote: "i will and have to get to Cuba with your help..!!!"
We had started to arrange the trip, in collaboration with the Museo Nacional de Bellas Artes de Cuba, but unfortunately it couldn't happen.The only thing that remained of the plans, and the messages we sent each other, was the book-exhibition, Delta
submitted by Niels Van Tomme
Today I'm thinking of Ulay and the project that we were supposed to open at De Appel in 2018. It was going to be the culmination of his thinking about water, a theme he had been working on for years. The project sadly never happened.
I remember his kind words of support when I had just started at De Appel in 2016 and our ensuing exchanges, which were filled with humour, laughs, and digs at the art world.
I ultimately met Ulay in person in 2017 in his home in Ljubljana, the city he adored and unpretentiously called "a postcard to look at." He seemed very much at ease, but there was also a sadness to our meeting. Perhaps we both felt it would remain the only one?
Ulay was already very ill at the time and because of this the project never materialised.
What remains of our exchanges is a precious audio recording in De Appel archive of Ulay giving detailed instructions on how to execute the project, a kind of aural manual. This recording is testament to his personal strength and sharp artistic vision. It also points to the value of De Appel's archive as an inherent tool of the institution's curatorial activities, one that I know for a fact Ulay deeply appreciated. The recording remains there as a wonderful final personal exchange instead of a definite artistic intervention.
For this reason I hope it will never be made public.
(Photo: Lena Pislak)
submitted by Marga van Mechelen
Home Less Home
Uwe Laysiepen is vaak een loner genoemd, met een voorkeur voor een nomadisch bestaan, wat zijn oorsprong zou hebben in zijn jeugd en het gezin waarin hij in het naoorlogse Duitsland opgroeide. Het wordt gezien als de voedingsbodem voor zijn zelfportretten, aforismen en talloze andere werken. Over zoân kenschets hangt de zweem van het trauma van ontworteld zijn. De vraag is of zijn werk dat zo eenvoudig bevestigt.
De tentoonstelling die als de eerste grote overzichtstentoonstelling van zijn werk beschouwd kan worden en nu in het Stedelijk Museum te zien is, richt zich op één centraal thema: identiteit. Een begrip dat meteen weer losgelaten of op zijn minst geproblematiseerd moet worden want terwijl dit woord wijst op een zijnstoestand, gaat het bij Ulay juist om veranderlijkheid en de momentane zichtbaarheid en performance van fluïde identiteiten. In de woorden van Judith Butler is identiteit niet meer dan een performatieve herhaling van handelingen en dat laat Ulay zien in zijn werk. Iets dat je zelf onbewust of in zijn geval bewust creëert en vervolgens door de ander gezien en geduid wordt met het gevaar dat er toch een stempel op gedrukt wordt. In plaats van een zoeken naar een identiteit zou je zijn werk en leven vooral moeten zien als het onderzoeken van een aantal mogelijke identiteiten, een relatieve vrijheid van handelen en tegelijk een uitdaging of tarten van jezelf zonder ooit bij dé identiteit uit te komen. De loner of de nomade is dan niet meer verbonden met een minderheid, aan de periferie van de samenleving, maar een aspect van de algemene menselijke conditie.
Should I Stay or Should I Go
In zijn werken waar het draait om nomaden, migranten en daklozen zie je vaak iets van empathie en respect naast een harde of misschien eerder strenge, veeleisende benadering van het onderwerp. Dit zien we terug in zijn bijdrage aan Should I Stay or Should I Go, een reizend project van A / 1 + MilleniuM & Stichting Kunst Mondiaal, dat mei 1996 van start ging in Tilburg. Aan dit project deden 24 personen mee, waaronder elf beeldend kunstenaars die een gebruikte caravan ter beschikking kregen. Onder hen Ulay. De overige dertien leverden een bijdrage aan de catalogus met een opvallend, kleurig omslag geĂŻnspireerd op de vormgeving van de Falke reisgidsen. Zoals we in de inleiding kunnen lezen vertrok het project vanuit de waarneming dat in korte tijd, van enkele decennia het leven in Nederland qua mobiliteit ingrijpend veranderd is. Terwijl eeuwen lang menen in dezelfde omgeving bleven gedurende hun kennen we nu in alle opzichten een grote mobiliteit met als schaduwkant meer ontheemden, vluchtelingen en daklozen. In deze âreisgidsâ vat Paul Scheffer deze verandering samen in vier âfragmentenâ: over de auto, de immigrant, de toerist en de informatie. Scheffer heeft op dat moment zijn fameuze boek Land van Aankomst, over de gevolgen van immigratie in West- en Noord-Europa en wat hij noemde âhet multiculturele dramaâ, nog niet geschreven. Dit boek kwam pas elf jaar later uit; de documentaire serie geĂŻnspireerd op dit boek nog weer zes jaar later.
Ulayâs bijdrage aan Should I Stay or Should I Go heet Home Less Home en draait om een caravan en daklozen als tijdelijke bewoners daarvan. De catalogus neemt ook een paar fotoâs op die Ulay vier jaar eerder van daklozen in New York maakte. Deze fotoâs maken deel uit van een groter project Canât Beat the Feeling - Long Playing Recorddat meer inhield dan het vastleggen van een aantal Afro-Amerikaanse daklozen en hun dubbele stempel: dakloze en Afro-Amerikaan. Ulay zag het project als een participatieproject en daarmee ook als sociaal experiment. Hij vroeg de daklozen niet alleen toestemming om hen te fotograferen maar ook om een provocatieve rol te spelen in de opening van de tentoonstelling, wat Ulay verduidelijkte en aanzette door enkele paragrafen uit Jean Genetâs onverminderd actuele toneelstuk Les NĂšgres uit 1958 op te hangen, die handelen over raciale vooroordelen en spanningen. Voor elke locatie op de route van de caravankaravaan nodigde Ulay twee daklozen uit de regio uit. Van hen vraagt hij open huis te houden en enkele taken uit te voeren, zoals bewaking en onderhoudswerkzaamheden, maar ook met bezoekers in gesprek te gaan en van die gesprekken verslag te doen met behulp van dagboeken, fotoâs, tekeningen, video etc. De bezoekers zijn voor even thuis bij thuislozen. Gedurende de reis groeide zo de documentatie.
Kunst Mondiaal in Nederland
Should I Stay or Should I Go is in de Nederlandse tentoonstellingsgeschiedenis minder blijven hangen dan de tentoonstelling Double Dutch die Stichting Kunst Mondiaal vijf jaar eerder organiseerde.2
Deze stichting, die in 1989 werd opgericht, stelde zichzelf tot doel te onderzoeken hoe de wederzijdse beĂŻnvloeding van westerse en niet-westerse culturen tot nieuw vormgeving kan leiden. Een van de redenen dat Double Dutch beter herinnerd wordt is mogelijk dat ze plaatsvond na een reeks belangrijke initiatieven in die jaren om een beter beeld te krijgen van de allochtone kunstenaars werkzaam in Nederland en om culturele uitwisseling te stimuleren. Daarna kwam zoals Paul Faber stelt, een omslagpunt. Should I Stay or Should I Go is het eerste resultaat van veranderende inzichten, althans in deze omgeving.3
In dezelfde maand dat Double Dutch openging, mei 1991, vonden er in Nederland nog meer belangrijke gebeurtenissen plaats op dit terrein. Op 3 mei ging Het Klimaat van start, de projectnaam voor een reeks van kleine en grote tentoonstellingen op diverse plaatsen in Nederland, waarmee de organisatoren beoogden een inventarisatie te maken van buitenlandse kunstenaars die in dat jaar in Nederland wonen en werken. De in 1987 opgerichte Gate Foundation is erbij betrokken, en zet een documentatiesysteem op met informatie over circa tweehonderd kunstenaars van buitenlandse afkomst. In zijn hoofdstuk in Cultuur en migratie in Nederland stelt Faber dat de aandacht voor migrantenkunstenaars verbonden was met aandacht voor de mondialisering van de moderne kunst. Vooral het eerste kreeg veel aandacht in eerder inventarisaties en tal van tentoonstellingen die sinds 1980 in Nederland plaatsvonden; Faber noemt de meeste hiervan. Een paar weken na de opening van Het Klimaat organiseerde de Jan van Eyck een symposium met als titel Cultural Identity: Fiction or Necessity. En aan het eind van de maand, op 25 mei, startte Double Dutch, met een openingswoord van beeldend kunstenaar Rasheed Araeen, oprichter van Third Text (in 1987) en curator van The Other Story (1989). Voor Double Dutchwerden duoâs geformeerd van kunstenaars werkzaam in Nederland maar waarvan Ă©Ă©n een niet-Nederlandse of doorgaans niet-westerse achtergrond had. Paradoxaal genoeg waren de drie gebeurtenissen tegelijk een hoogtepunt en, zoals gezegd gelijk een omslagpunt in de aandacht voor de dialoog tussen westerse- en niet-westerse culturen. Dat bracht de samenwerking van de duoâs aan het licht. Het paradoxale bleek hier uit de reacties: enthousiasme omdat het uit de koker van een kunstenaarsinitiatief kwam en culturele uitwisseling nastreefde, maar ook aarzelingen of het zo moest gaan, vooral bij enkele kunstenaars die zich niet senang voelden met etniciteit als selectiecriterium. Na afloop was duidelijk was dat iets dergelijks niet herhaald kon worden en vandaar ook dat de Stichting overstapte naar een breder thema dat Scheffer perfect in zijn vier fragmenten van de gemondialiseerde en gemobiliseerde samenleving samenvatte.
ContinuĂŻteit en discontinuĂŻteit
In het licht van deze geschiedenis is de keuze om Ulay deel te laten nemen aan Should I Stay or Should I Gointeressant. Hij behoorde immers tot een groep van kunstenaars die in de jaren zestig en zeventig naar Nederland kwam vanwege het liberale klimaat. Een aantal van hen zocht eerst het In-Out Centrum en een paar jaar later de Appel op. De redenen voor hun vertrek uit hun geboorteland waren in deze kringen bekend en speelden geregeld een rol in hun werk, maar in de receptie werd er niet zoveel nadruk opgelegd. Dat gold nog meer voor hun etnische achtergrond of land van herkomst die veelal buiten beeld bleven. Dat veranderde in de jaren tachtig. Een klein maar wel veelzeggend voorbeeld is de vermelding van zowel geboorteplaats, nationaliteit als woonplaats bij de kunstenaars die voor Magiciens de la Terre (1989) werden uitgenodigd. Deze tentoonstelling in het Centre Pompidou werd gemaakt door een groep curatoren onder leiding van Jean-Hubert Martin en bracht westerse en niet-westerse kunstenaars samen. Onder hen Ulay en Marina AbramoviÄ die dan al niet meer samenwerkten. Iets wat daarna gebruikelijk zou blijven maar waar altijd discussie over bleef. De tentoonstelling sloot duidelijk aan bij wat er in die jaren ook in Nederland in de belangstelling stond, maar kritiek was er ook. Bijna een decennium later, in Should I Stay or Should I Go was Ulay, degene die aan de caravankaravaan meedeed, niet als nomade maar door daklozen te laten opstappen en ze een weliswaar tijdelijk huis te bieden.
Scans of the Should I Stay Or Should I Go catalogue, courtesy of Marga van Mechelen.
submitted by Alban Muja
submitted by Cees de Boer
submitted by Harry Ruhe
WATER
Vorig jaar gaf ik een boekje uit met de titel: Art, No-Art & Anti-Art. Er stond de beschrijving in van de performance, of beter gezegd: actie, die Ulay op 12 december 1976 in Berlijn had uitgevoerd: Der arme Poet. Ik had er ooit over gelezen in de NRC, Ulay vertelde me het verhaal.
Zo nu en dan ging ik bij hem op bezoek, soms verkocht hij me een performancefoto, maar ik had ook voor hem altijd wel wat bij me.
Ulay verzamelde water. Hij bezat een flinke collectie, afkomstig uit alle delen van de wereld. Daar wilde hij een Water Altaar mee bouwen. De installatie zou getoond moeten worden in een etalage van de Bijenkorf.
Mijn eerste bijdrage was een flesje met Water Music van Japanse componist Chieko Shiomi. Mijn vader, een fundamentalistische Katholiek - hij was betrokken bij de Opus Dei-organisatie - liet ik uit Europese bedevaartplaatsen water met geneeskrachtige werking meenemen. Zo kocht ie in het Zuid-Franse Lourdes een Mariabeeldje met water in haar plastic buik. (Later kwam ik er achter dat er een bedrijf is dat het spul franco thuis bezorgt.)
De laatste keer dat ik Ulay zag, had ik âheilig waterâ voor hem meegenomen dat afkomstig was uit FĂĄtima in Portugal â op plekken waar de Heilige Maagd is verschenen, ontspringt altijd een bron.
Ulay vertrok uit de Lutmastraat, en uit Nederland, en het flesje met Dirty Water van Ben Vautier, dat ik voor hem had klaargezet, staat nog altijd bij me in de kast. Of er iets is terechtgekomen van Ulays water-plannen, weet ik niet.
Harry Ruhé
submitted by Herman Kuijer
sunset (16:31) Peter Baren, Nell Donkers and Monika Szewczyk
submitted by Pieter Boersma
Ulay at Festival aan de Werf, 1995. Photos by Pieter Boersma.
submitted by Tiong Ang
submitted by Kristien Daem
submitted by Frido Evers
2003. We waren in ons laatste jaar aan de akademie voor Kunst en Vormgeving in Den Bosch. Lokaal 01 in Breda had voor ons twee dagen georganiseerd waar wij als bijna nieuwbakken kunstenaars een mini workshop konden bijwonen waar wij samen met succesvolle kunstenaars een kijkje konden nemen wat ons te wachten stond. Ulay was een van die kunstenaars! Dat is ook de enige keer dat ik hem in levende lijve ben tegengekomen. Desondanks is dat een moment geweest dat ontzettend belangrijk is geweest voor de verloop van mijn beeldende carriĂšre. Zijn warm en openheid en diepe interesse met waar we toen mee bezig waren, maar vooral dat hij ons als gelijkwaardige tegemoetkwam betekende erg veel. He will be missed.
Frido Evers
submitted by Michele Robecchi
I was lucky to have met Ulay and got to know him and his wife fairly well. In 2015 I was editing an Istanbul-based quarterly called RES where we published an interview I did with Ulay.
To read the interview click here.
submitted by TevĆŸ Logar
submitted by Barbara van Ittersum
submitted by Saskia Bos
When Ulay proposed that for his project Performing Light he would also use the space as his studio, I was immediately blown away by the idea. That he would be there, live, for everyone to see and meet and that he would continue working among his exhibited works seemed exciting. We built a darkroom and in fact during those weeks he would develop photographs, show the public his process and also when no one was around, he would continue working for himself.
As an artist and a photographer Ulay's main focus is not rendering objects, he is looking at what photography is just as he is looking at what light is when it touches the body and what light does with the material when you make a photograph.
He captures the fundamentals of the body in light.
In the series of selections made by curators Thomas Mc Evilley, Hans-Ulrich Obrist, Judy Annear and Maaretta Jaukkuri different aspects of his extensive oeuvre were presented on three floors, with the help of Cees de Boer, as part of the six week exhibition. Moreover, as a witness of the time, a publication was made to include many of the over sixty nationalities then found on Albert Cuyp market, where Ulay rented a stall to produce fifty polaroid portraits that became part of the show.
Embracing the many different identities of people Ulay would interact with, and would love, are, just as fluidity -in terms of gender and in terms of his later interest in water-, and the workings of light, the ethereal and transformative components of an oeuvre whose author was characterised by 'flow' and by being in the moment.
Saskia Bos, 30 November 2020
on
ULAY
Performing Light
De Appel, Nieuwe Spiegelstraat
9 September-22 October 2000
some memories
Performance by Ulay, producing and signing 'Ulay life-sizedâ.
(realised in cooperation with Willem van Zoetendaal)
De Appel, 22 October 2000, finissage âPerforming Lightâ
submitted by Hripsimé Visser
submitted by Guus van Engelshoven
submitted by Vincent Verhoef
submitted by Maria Bojan
I attach here three pictures with Ulay and me, taken by his son Jurriaan Loewensteyn in Murcia, Spain in 2005, on the occasion of his first ever retrospective exhibition, entitled G.E.N.E.T.RATIO ULTIMA RATIO held at Centro Parraga in Murcia, which I curated. This exhibition was the very first from a cycle of exhibitions and events I have curated in close collaboration with him, over 15 years of friendship .
submitted by Joke Robaard
Ik vond in een oud plakboek een geweldig
artikel van Lily van Ginneken (Volkskrant 1975)
over Ulay en Willem Breuker
met ook een geweldige foto van hun optreden.
groet joke robaard
submitted by Marja Samsom
ULAY was here from marja samsom on Vimeo.
submitted by Edna van Duyn
submitted by Antje von Graevenitz
Sehnsucht nach einem vereinten Bewusstsein â
That Self, der Hypnosefilm von Marina AbramoviÄ & Ulay by Antje von Graevenitz
submitted by Christine Koenigs